OPEN DE DIALOOG
Op vragen over de toekomst zijn vaak nog geen antwoorden. Om toch een mate van betekenis te vinden, kunnen we het gesprek aangaan. Ofwel de dialoog openen. Met onszelf, maar ook met elkaar, om tot nieuwe kennis te komen.
Samen de toekomst vormgeven behelst meer dan één goed gestelde vraag of een fijn gesprek. Lezingen, op onderzoek uitgaan, discussiëren en meedoen. Ook een ervaring, boek, lezing of artikel dat jouw beeld aanvult of tegenspreekt of een lezing waarin de denkbeelden van een ander worden gepresenteerd kunnen de dialoog voorstellen. Al die vormen van gesprek zijn in de Bibliotheek van belang om verder de toekomst vorm te geven.
De dialoog is een regelrechte ontmoeting van ideeën en ervaringen van twee of meer personen. Die ideeën hoeven niet radicaal van elkaar te verschillen om je verder te helpen in een zoektocht naar nieuwe kennis en ervaringen. Met wederzijds respect en mét (in plaats van tegen) elkaar, onze ideeën met elkaar en die van anderen verbinden. We delen; geven nieuwe ontdekkingen samen vormen brengen ze verder. Om de dialoog met een ander respectvol aan te kunnen gaan, hebben beide gesprekpartners een open houding nodig. Of, zoals Manon Ruijters, hoogleraar Leren & Ontwikkelen en Gedragsverandering het verwoordt: "Het is nodig dat we ons ervan bewust zijn dat we niet alles weten, dat we een proces ‘onwetend’ kunnen instappen en dat zich waarschijnlijk geen kant-en-klare antwoorden zullen aandienen" (Ruijters, 2018).
Samen kennis maken
Als die kant-en-klare antwoorden er niet zijn, gaan de regels voor traditionele leerprogramma’s niet op. Wanneer kennis kan worden overgedragen, kan één persoon dit vertellen aan mensen die dat nog niet weten. Maar wat als niemand het juiste antwoord kent? Zoals Joseph Kessels het mooi verwoordt: “Kennis zit niet (alleen) tussen de oren, maar toch zeker ‘tussen de neuzen’”. Een voorbeeld van een programma in de Bibliotheek die dat ondersteunt, zijn de *Studiekringen, waar een combinatie van zelfstudie en (horizontale) interactie zorgt voor ontwikkeling van de deelnemers.
Een veilige omgeving lijkt een belangrijk aspect voor het samen kennis maken, omdat deelnemers eerst een drempel over moeten. Bitter-Rijpkema et al. (2011) beschrijven vier stappen van kennis maken, die gaan van (1) lezen en leren, naar (2) actie, (3) interactie en tot slot (4) creatie. Zij pleiten voor een kennisstroom, waarbij dialoog eerst in een veilige groep wordt opgetild naar ‘geleerde nieuwe kennis’ om het vervolgens in de kijker te plaatsen voor het grotere publiek, waar het collectief kan meedenken. Zo ervaart een groep minder druk, maar kan toch gebruik worden gemaakt van de collectieve denkkracht.
Manche et al. (2013) hanteren een soortgelijke kennisstroom bij de beschrijving van het platform *Biebtobieb, dat gaat van (1) gesprek, naar (2) gerichte kennisdeling, waarbij mensen ergens op uit zijn, bijvoorbeeld omdat ze een specifieke gedeelde vraag hebben. Hieruit kunnen nieuwe thema’s ontstaan waarvoor (3) gerichte kennisontwikkeling nodig is, waarop actief gemodereerd kan worden en wat kan uitgroeien tot (4) nieuwe kennis of innovatie, waarbij nieuwe inzichten worden verkregen door een blik naar buiten.
Gezamenlijke voorkennis
Met elkaar in gesprek gaan, vraagt naast de tijdsinvestering van de groep ook het activeren van gezamenlijke voorkennis (Ruijters 2017: 369). Of zoals de psycholoog Jerome Bruner het in Actual Minds, Possible Worlds (1986) verwoordt: ‘onderhandelen over betekenis’. De betekenis van woorden, beelden en dingen is niet in steen gebeiteld. Het gaat over de toegekende betekenis in een wereld, binnen jouw context, tijdgeest, cultuur en omgeving. Dat betekent dat je moet starten vanuit een gemeenschappelijke basis om daar samen op verder te bouwen.
De gemeenschap draagt bij
Het bepalen van thema’s en het daarvoor ontwikkelen van voelsprieten is eenvoudiger wanneer mensen uit de gemeenschap bijdragen aan de ontwikkeling ervan. Dit kan betekenen dat mensen binnen de organisatie dingen oppikken in de omgeving, of anderzijds dat mensen uit de gemeenschap zich inzetten om iets in de bibliotheek neer te zetten.
Zo schrijft Martijn Aslander in *Nooit Af : “Eeuwenlang hebben mensen als ze een probleem was – of als zij een idee hadden -, verzucht dat ‘ze’ daar eens wat aan zouden moeten doen. Waarbij ‘ze’ de politiek was , of de directie, of de bedrijfstak, of de overheid. Steeds breder en steeds veelvuldiger dringt het besef door dat ‘we’ het misschien beter zelf kunnen doen.” (2015: 129).
Wanneer burgers zelf een thema aandragen, zal hun motivatie om er iets aan te veranderen toenemen. Dit betekent bovendien dat instanties zoals Bibliotheken de burgers in hun gemeenschap daartoe de ruimte moeten geven. Actieve burgers en *burgerparticipatie worden juist weer meer van belang in een samenleving die niet (meer) tevreden is met datgene dat hen wordt aangereikt door grote instanties. In de trendrede 2018 (Beekhoff et al., 2018) worden deze mensen ook wel Bouwsteenburgers genoemd. Een bouwsteenburger ‘geeft zijn individuele betekenis vorm door zich te verbinden aan een groter geheel. Binnen een zelfgekozen cirkel van vertrouwen beoefent hij actief de kunst van het samenleven door kennis aan ervaring en middelen te koppelen en zo een gedeeld ideaal waar te maken.’
Het individu in de groep
Toch moeten we ook het individu niet vergeten, want het drukt een grote stempel op alle gesprekken; die met onszelf, maar ook die met gelijkgestemden of andersdenkenden. Ap Dijksterhuis schrijft in zijn boek Het slimme onbewuste (2017, eerste druk 2007) over de invloed die onze emoties en achtergronden hebben op onze beslissingen en de denkbeelden die we inbrengen. Bewust zijn we telkens op zoek naar verbinding tussen onze emoties en gebeurtenissen in ons dagelijkse leven. Juist de verschillende kanten van de deelnemers maken het aangaan van een dialoog de moeite waard.
Open de dialoog
Ieder mens is anders. Zowel wijzelf als onze samenleving zijn continu in ontwikkeling. Niet iedereen wil hetzelfde, elk mens brengt zijn of haar eigen narratief mee. Daardoor ontwikkelen we allemaal andere standpunten. Juist door met elkaar in gesprek te gaan en de dialoog op te zoeken, kun je tot nieuwe inzichten komen waarmee we uiteindelijk onszelf en de wereld een stukje beter begrijpen, en misschien ook nog wel kunnen beginnen een positief verschil te maken.
Tips
- Ga samen met een groep op zoek naar hun energie en de relatie om nieuwe kennis te maken, maar wees alert op de individuele inbreng en activiteiten. Bouw bijvoorbeeld persoonlijke reflectie in als activiteit, of individueel bronnenonderzoek.
- Een nieuwe groep en nieuw onderwerp betekent verkennen van de voorkennis en creëren van de gezamenlijke taal, normen en waarden, want woorden, betekenissen en omgangsnormen veranderen. Door dit als startpunt te kiezen, ontdek je samen wat je vindt en waar je voor staat. Die overeenstemming in betekenis is nodig om samen verder te kunnen komen.
- Als programmeur is het belangrijk oog te hebben voor de relatie binnen de groep. Voor alle activiteiten waar interactie in groepen voorkomt, is het belangrijk dat de ‘lerende’ zich veilig voelt in relatie tot de andere deelnemers en organisator. Pas als je op je gemakt bent, en weet dat fouten maken mag, kun je je goed open stellen voor nieuwe kennis en inzichten, de discussie met anderen aangaan, en oefenen (Deci & Ryan, 2000).
Om over door te praten:
Bepaalt het gesprek jouw programma, of bepaal je met jouw programma het gesprek?
Toelichting: zoals gezegd is het belangrijk om op zoek te gaan naar het gesprek/de dialoog met de gemeenschap. Op basis van hun voorkennis en gezamenlijke vraagstukken wordt het programma bepaalt. Toch heb je als Bibliotheek niet alleen een procesmatige, maar ook een duidelijke inhoudelijke rol, die jou onderscheidt van andere organisaties. Vooraf denk je na over vraagstukken en onderwerpen die passen bij de kernwaarden van jouw Bibliotheek(vestiging). Je maakt keuzes om bepaalde vraagstukken wel of niet te bespreken. Het is belangrijk daar een goede balans in te vinden. Hoe vind je die?
*Biebtobieb: Biebtobieb is het kennis- en innovatieplatform van de openbare bibliotheken. Het is een online platform waar kennisdeling, (co)creatie van kennis en ideeën, samenwerking en afstemming centraal staan. Het platform heeft inmiddels meer dan 6000 deelnemers.
Zie www.biebtobieb.nl.
*burgerparticipatie: De Overijsselse Bibliotheken ontwikkelden in 2016 een gereedschapskist voor Bibliotheken, om actief gebruik te maken van de krachten van Burgerparticipatie. Onder de noemer ‘Burgers mee aan Zet’ is verkend hoe mensen in de gemeenschap uitgenodigd kunnen worden mee te werken aan de vraagstukken van de toekomst en de innovatie van de diensten van de Bibliotheek.